NieuwsMagazine

Hoe is het nou met… Martin Pol?

Martin Pol ● martin.pol@polteq.com
Martin-Pol-Polteq-Conference-speaker
Volgend jaar vieren we het twintigjarig bestaan van TestNet. ‘Geen toekomst zonder verleden!’ We gaan op zoek naar de bron: praten met Martin Pol, erelid en eerste voorzitter van TestNet. Martin wordt door velen beschouwd als de grondlegger van het testvak in Nederland en ver daarbuiten.

Martin, we zien je de laatste tijd niet zo vaak op TestNet-bijeenkomsten. Veel TestNetters vragen zich af wat je tegenwoordig doet in ons mooie testvak. Ik ken je goed genoeg om te weten dat je bepaald niet stilzit. Hoe zijn jouw dagen tegenwoordig gevuld?
Ik verschuif mijn tijdsbesteding de laatste tijd meer van het testvak en ons bedrijf Polteq naar privébezigheden. Ik ben gemiddeld nog zo’n vier uur per dag ‘aan het werk’ en dat kan ik dankzij internet voor een groot deel thuis doen. Voor wat betreft het testen volg ik zoveel mogelijk de actuele ontwikkelingen in de IT en de impact daarvan op de testscene. Voor Polteq ben ik contactpersoon voor alle activiteiten buiten de Benelux. Ik werk in dat kader veel samen met partners in China, Duitsland en de VS. Zo heb ik recent samen met onze Chinese partner een seminar georganiseerd in Shanghai waar veel nieuwe contacten uit voortvloeien. In Duitsland ben ik bezig ons Cloud-boek te vertalen en in de Duitse markt te zetten, in de VS onze Agile en mobile diensten te promoten. Daarnaast word ik frequent als spreker uitgenodigd. Als het me leuk lijkt en commercieel interessant, wil ik nog weleens op zo’n verzoek ingaan.
Je bent een van de oprichters van TestNet, lang voorzitter geweest en nu erelid van een bloeiende club van meer dan 1600 professionele testers. Had je dat ooit gedacht, toen je op EuroSTAR 1996 met een paar vakbroeders aan de wieg van TestNet stond?
Nee, in deze omvang niet. Hoeveel testers waren er destijds in Nederland? We hadden geen idee; testers leidden vaak een verborgen bestaan in achterkamertjes van IT- en beheerafdelingen. Maar dat gold voor het hele testvak! Ikzelf ben al ruim dertig jaar in het testvak actief; het was in het begin geen vak, maar een bijwagen van kwaliteitszorg. Toen leefde het idee dat je met goede kwaliteitszorg systemen kon bouwen zonder fouten. Alleen als er nog tijd over was, besteedde je die aan wat globale tests. In de ogen van de buitenwereld kon iedereen testen, het was geen vak maar een afvalputje voor mislukte programmeurs. Dat idee de wereld uit helpen, dát was de drijvende kracht achter de oprichting van TestNet. We waren blij verrast toen er 140 man op de oprichtingsvergadering afkwam.
In de loop van de tijd is er veel veranderd. Testen is nu een ‘echte’ professie en TestNet een professionele organisatie. Mijn opvolgers hebben TestNet op kundige manier geleid naar wat het nu is: een topclub.
De baby van toen is tot volwassenheid gekomen. Wat vind je van TestNet in zijn huidige vorm? Is het geworden wat jij voor ogen had?
De aanzet voor het oprichten van TestNet was in eerste instantie puur commercieel: in mijn jaarplan 1996 bij mijn toenmalige werkgever IP stond dat ik een NGGT moest oprichten, een Nederlands Genootschap voor Gestructureerd Testen, naar analogie van het destijds actieve NGGO (O van Ontwikkelen). IP wilde op die manier de markt voor testdiensten ontwikkelen en er zelf meer grip op krijgen. Ik dacht dat de link aan één partij niet zou bijdragen aan de acceptatie als vereniging, dus ik heb van meet af aan testers verzameld uit een bredere kring, wetenschap, opdrachtgevers en dienstverleners, en een strikte scheiding tussen business en vak betracht.
Wat we destijds voor ogen hadden, geldt nog steeds als missie van TestNet. En dat is allemaal goed gelukt, met name het op de kaart zetten van het vak en het fungeren als ontmoetingsplek, kennisbron en vakinhoudelijke aanjager voor testers. Wat niet helemaal uit de verf is gekomen, is evenwicht in het ledenbestand. Vanaf de start zijn uitvoerende testers van dienstverleners in de administratieve software in de meerderheid geweest. Senior IT-collega’s, beslissers en technische testers zouden best wat meer mogen deelnemen.
Het testvak zelf is ook steeds volwassener geworden. En de ontwikkeling van het vak gaat door – sneller en sneller. Waar gaat het naartoe? Kijk voor ons eens in jouw glazen bol!
Ik denk dat het testen zich steeds meer zal mengen met de belendende functies zoals business-analyse en ook ontwikkeling. De skill-set en gereedschapskist zal niet meer uitsluitend op testen gericht zijn. Testers worden IT-medewerkers, maar wel met een specifieke testachtergrond. Een IT-medewerker die een bijdrage kan leveren in elke situatie, in Agile/Scrum, DEVOPS, CD/CI-teams, embedded, mobile, of welke toekomstige setting dan ook; die domeinkennis en brede IT-kennis combineert met een focus op kwaliteit en risicobeheersing.
TestNet is volwassen, het testvak is volwassen, nu de tester zelf nog… Graag wat wijze raad aan onze lezers, die op zoek zijn naar hun eigen testtoekomst.
Blijf bij, blijf leren, blijf jezelf ontwikkelen – in de diepte van het testvak en de breedte van de IT. Je hoort overal om je heen dat de tester gaat verdwijnen. Ik geloof daar niet in. Wat mij betreft vervang je ‘verdwijnen’ door ‘verbreden en verdiepen’. De tester van over tien jaar is anders dan die van tien jaar geleden: nog steeds expert in het testen, daarnaast allrounder in de IT. Met altijd die constructief kritische blik die schade voorkomt en vertrouwen creëert.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *